We zijn alweer een week op de Markiezen, de eilandengroep waar we al jaren over droomden en naar uitkeken. De werkelijkheid overtreft onze verwachtingen. Het is hier zo bijzonder!
Op maandag 2 juni 2014 kwamen we dus aan bij het eerste eiland, Fatu Hiva. Machtig om bij dagenraad de steile, groene en onherbergzame hellingen te zien. We doen die dag niet veel, behalve wat schoon schip maken en onze ogen uitkijken, wat een omgeving! In zo’n baai hebben we nog nooit gelegen. Er komen twee mannen in een bootje langs en ze ruilen een tros bananen, twee papaja’s en vier enorm grote pompelmoezen tegen wat vislijn, haakjes en wasknijpers. In geld zijn ze niet geïnteresseerd. Die avond komt de bemanning van de Daemon en de Anke Sophie, met wie we onderweg dagelijks contact hadden, bij ons aan boord om sashimi te eten, de tonijn was werkelijk fantastisch!
Na zoveel dagen op zee is het extra fijn om weer onder de mensen te zijn. Daarom spreken we met dezelfde club af om de volgende ochtend koffie te drinken bij de Daemon. Jill en Bruce zijn al 7 jaar onderweg met hun 32 voeter en komen uit Nieuw Zeeland. Ze hebben al zoveel meegemaakt en kunnen daar zo heerlijk enthousiast over vertellen, dat we aan hun lippen hangen. Ze maken ons nu al helemaal enthousiast over Nieuw Zeeland, onder andere door talloze fotoboeken en kaarten. Hoewel we nog zoveel gaan meemaken voor we daar aankomen, kunnen we nauwelijks meer wachten. Wat is de aarde toch mooi. ’s Middags zetten we voor het eerst voet aan wal en wandelen door het dorp Hanavave met ongeveer 600 inwoners. In totaal wonen er 1200 mensen op dit eiland, de rest woont in Omoa, het andere dorp. We melden ons bij de mairie, hoewel we weten dat we officieel in Hiva Oa moeten inklaren. Daarna maken we een prachtwandeling met de bemanning van de Zuid-Afrikaanse catamaran Amfitreete, sympathieke mensen. Ik durf het bijna niet te zeggen, maar we kunnen ook nauwelijks wachten om in Zuid Afrika aan te komen…. Wat is de wereld toch mooi .
’s Avonds zijn we uitgenodigd voor een diner in het dorp. Twee vrouwen koken voor 16 zeilers, we zitten met z’n allen aan een vrolijk gedekte tafel en er wordt tonijn geserveerd, gebakken banaan, rijst, gebakken kip en gestoofd geitenvlees in cocos-saus. We eten meer vlees dan in totaal gedurende de laatste drie weken. Slim initiatief van de dorpsbewoners, zo verdienen ze nog wat geld (20 dollar per persoon). En ideaal voor ons, we leren elkaar als zeilers kennen en hoeven niet te koken. Tijdens de wandeling terug naar de kade, zien we overal mannen bezig met houtsnijwerk. Trots laten ze hun creaties aan ons zien, allemaal voor de grote jaarlijkse competitie die over een paar weken in Tahiti wordt gehouden. 1 zeiler ruilt zijn gitaar tegen een tikibeeld, iedereen blij. De volgende dag pikken Thomas en Annette van de Anke Sophie ons op voor een wandeling naar de waterval. Eerst leggen we nog een doktersbezoek af bij een geblesseerde man, wat ons een aanbod voor een dinertje bij de mensen thuis oplevert voor de dag erna, nou, graag! Vandaag spreken we Duits, zum üben. Dat gaat wonderwel goed. Blijkbaar is het Duits niet in strijd met het Spaans, wat we het afgelopen half jaar geregeld spraken. Frans daarentegen is even lastiger, ik switch steeds naar Spaans terug. De wandeling is pittig, maar prachtig, dwars door regenwoudvegetatie. Het laatste stuk naar de waterval is behoorlijk steil en glibberig, maar de moeite waard. Lekker om in de middag niets te hoeven, beetje rommelen aan boord en het onderwaterschip poetsen. Ik bak een mango-crumble van zelfgeraapte mango’s en neem die mee naar de sundowner party aan boord van de Anke Sophie, waar we het weer supergezellig hebben met z’n zessen, allerlei hapjes, veel wijn en uiteindelijk whisky. Poor sailors.
Zo, de dag erna konden we de gezelligheid nog goed voelen! Overal spierpijn van de wandeling en een houten hoofd, zal ik maar zeggen. Perfecte dag om niet veel meer te doen dan een naaiwerkje van drie uur, de lazy jacks waren ingescheurd en moesten hoognodig worden gerepareerd. Om 18 uur kloppen we aan bij het huis van Jacques en Desiree met een zelfgebakken brownie onder de arm. We worden allerhartelijkst ontvangen en hebben vervolgens een superleuke en interessante avond. Met name Desiree is erg ontwikkeld, heeft 15 jaar in La France, Paris, gewoond en gewerkt in de communicatie. Hier in dit dorp is ze de drijvende kracht, de telefoon gaat meerdere keren die avond. Ze maakt tapas, een soort papier van vezels waar Fatu Hiva bekend om staat. Ze maakt en verkoopt geparfumeerde cocosolie. Ze organiseert feesten, speciale grondbarbeques op Markiezen-stijl. We praten over onderwijs, gezondheidszorg, sociale initiatieven, het belang van onafhankelijkheid. Het frans gaat inmiddels weer als vanouds, gelukkig! We genieten van hun gastvrijheid, het heerlijke eten en de ontvangst bij een lokale Polynesische familie. Heel bijzonder. En met die pols van haar man viel het allemaal wel mee; gewoon een man met wat pijn, oei oei oei!
De volgende dag varen we de baai uit, op weg naar Hiva Oa. Eerst vangen we een kleine bonito, die zich op het laatst weet te bevrijden. Als we even later door een school vogels varen, staat de hengel weer krom, hopla, een mooie skipjack-tuna. Twee uurtjes later halen we een yellowfin-tuna binnen van 3.3 kilo. Het begint al te wennen . We deelden de vangst natuurlijk even over de marifoon met andere geïnteresseerden, waarop Jill een mahimahi bestelde, hahaha. Het leek me natuurlijk supergrappig als we bij binnenkomst een mahimahi bij ons hadden, dus hop, de lijn weer aan met daaraan ons speciale mahimahi aasje: geel-groen-rood inktvisje, al met al zo’n 12 cm groot. En binnen een uur hadden we beet. Wauw, de ratel ging als een gek tekeer, de lijn liep uit, een mega-strike! Als ik de hengel pak en er een ruk aan geef, krijg ik een halve rolberoerte: in de verte springt er een blue marlin meters hoog in de lucht, met rare kronkelende bewegingen probeert hij zich van de haak te ontdoen. Neeeeeeee, dat willen we natuurlijk helemaal niet, zo’n groot beest! Hij maakt wel 8 enorme sprongen, we kunnen hem dus goed zien, ofschoon hij wel 200 meter van ons vandaan is. De vis moet wel 2,5 meter lang zijn, een enorm lijf, ik schat meer dan 60 kilo (mijn eigen tengere lijf even als gouden standaard nemende……hihi). Pieter haalt meteen de snelheid uit de boot door de fok in de rollen, de grootschoot te vieren en op te loeven, we liggen bijna stil. Samen halen we de lijn langzaam beetje bij beetje in, wat een krachten komen erop. Soms is de vis moe en draaien we heel wat meters achter elkaar binnen, soms vecht hij voor zijn leven en loopt de lijn weer van de spoel, ondanks de grootste rem die we erop hebben gezet. Na een half uur vechten hebben we de vis vlakbij de boot, maar kunnen hem nog niet zien. Op dat moment snijden we de lijn door, het beest is te groot voor ons om te handelen en eerlijk gezegd zijn we moe gestreden, alle spieren in ons lijf lijken te trillen van (in-)spanning. Ik hoop dat de vis een fijn leven heeft, ondanks de piercing in zijn snavel. Nog helemaal vol van dit visavontuur naderen we de baai bij Atuona, de hoofdstad van Hiva Oa. We laten ons anker vallen, maken het schip aan kant en fileren de vissen. We gaan lekker vroeg naar bed.
De volgende ochtend komt Thomas langs met een versgebakken baguette, die hij speciaal voor ons heeft besteld, wat een vorstelijk ontbijt. Welkom in de Franse archipel! Dat proeft naar meer, dus hop, de kant op. We wandelen naar het dorp, ruim een half uur lopen. In de supermarkt kopen we gezouten echte boter, camembert en lamskoteletten. Wat een feest! Dan beklimmen we de heuvel die naar de begraafplaats leidt en ineens staan we voor het graf van Brel. Poeh, even slikken, het overviel me een beetje, maar dan vind ik het zo gaaf dat we er eindelijk zijn! Hier heb ik jaren lang naar uitgekeken! We steken de meegebrachte kaarsjes aan, ook een namens Jeroen en Mignon, een namens Ferdy. Brel z’n graf heeft een fantastisch uitzicht over de baai, volgens ons het mooiste plekje wat er is. Na even zoeken vinden we ook het graf van Gaugain. Dan heuvel af naar de festiviteiten in het dorp. Vele dorpsbewoners zijn samengekomen, er wordt vrolijke muziek gemaakt en er zijn spelletjes georganiseerd. We eten een bordje plaatselijk bbq-vlees en wat er zo lekker uitzag, bleken spiesjes met runderhart te zijn, griezel….ik zag de chordae tendinae zo lopen.
’s Avonds stond ons een gezonder maal te wachten. We hadden onszelf, samen met de bemanning van de Daemon en Anke Sophie namelijk uitgenodigd aan boord bij de catamaran Windance (aardige mensen, Oostenrijkse Zuid-Afrikanen, en daarnaast veel meer ruimte aan boord ) voor een sushimaaltijd. Wij brachten natuurlijk de yellowfin tuna mee, anderen rijst, groenten en flessen wijn. Christina en Werner hadden maki-rolls gemaakt en de tafel meer dan feestelijk gedekt. (Zo’n catamaran is toch wel geweldig, hè, er is zoveel ruimte aan boord en alles staat recht door de twee drijvende rompen, ook bij het zeilen. Daarom zijn er spullen in overvloed. ’s Middags kwam Werner even bij ons langs met zijn bijboot, om alvast wat tonijn te halen. Hij zei toen: we hebben helaas maar vijf rechthoekige sushiborden, kunnen jullie die van jezelf meenemen? De schat, hahaha, wat hebben we gelachen, we hebben natuurlijk alleen maar van die plastic ronde campingborden aan boord, waar we alles op doen!) Maar laat ik het kort houden: de avond was gezellig, enorm gelachen, verhalen gedeeld, lekker gedronken, en het begrip “poor sailors” is erg vaak gevallen! Wat hebben wij het goed in dit leven!!!
Zondag eerste Pinksterdag, echt een zondag. Muziekje erbij, samen lekker knutselen. Ik schilder een steen voor op het graf van Brel, Pieter begint met houtbewerking, we gaan onze eigen cedar-plugs maken, een nieuw vis-aas, om de naam van fishing vessel Déesse hoog te houden. We barbecueën vandaag twee keer, ’s middags en ’s avonds, met worstjes, lamskoteletten, rode wijn en natuurlijk brood, zoute boter en camembert toe. Poor sailors!
Gisterenochtend legden we de steen bij Brel z’n graf en zijn nu helemaal tevreden. Ook de Windance heeft inmiddels een arsenaal van zijn cd’s aan boord dankzij de kopieer technieken. Pieter is niet helemaal fit, de rest van de dag zijn we dus lekker aan boord. De gitaar wordt weer eens gestemd, wie weet gaat het er deze maand weer eens van komen. Pieter heeft al gedreigd: als ik er nog steeds niet op speel als we in Fiji aankomen, gaat hij hem ruilen tegen een beeldje!
Vandaag hebben we met 8 zeilers een rondrit over het eiland gemaakt. Chauffeur John nam ons mee naar de Tiki Souriant, een beeldje wat dateert van 200 vC midden in de jungle. Daarna rijden we over een adembenemende weg langs steile afgronden. We genieten van de prachtige vergezichten langs de kust. Het is hier enorm vruchtbaar en het landschap telt talloze schakeringen groen. We stoppen een paar keer om mango’s te rapen, die net door de wind uit de boom zijn gevallen. Kleine mango’s zoals wij ze niet kennen, maar zoet en lekkerder dan snoep! We maken een lange stop bij Puamau waar een archeologische site is, iipona, waar 5 tikibeelden staan opgesteld. Ter afronding van een lange dag, gaan we nog even Espace Brel binnen, waar het gerestaureerde vliegtuigje Jojo staat, Brel zijn laatste vliegtuig. Muziek klinkt door de hangar en we bekijken de tableaus aan de wanden met prachtige Brel-foto’s. Tevreden zitten we nu aan boord en proberen met het vleugje internet wat door deze baai waait, de tekst te publiceren. Morgen bezoeken we nog het Gaugain-museum en varen dan naar een volgend eiland waar we weer eens lekker gaan snorkelen in blauw en fris water.
Zin om de foto’s van de 20 dagen durende oversteek te zien? Klik dan hier.
Of wil je graag de plaatjes van deze eilanden zien? Klik dan hier.