P1050664“Venezuela?! Daar gaan jullie toch niet naar toe he? Daar is in september nog een Nederlander vermoord en er zijn in november meerdere gewelddadige aanvallen op zeilboten geweest!” en “Ik ken een Venezolaan en die zegt dat het er absoluut niet veilig is.” En “Venezuela, ik zou het niet doen”. Maar er zijn ook andere geluiden: “Als jullie naar het westen gaan, bezoek dan zeker Los Roques, een Venezolaanse eilandengroep. En, als het om Venezuela gaat, luister alleen naar de mensen die er ook echt geweest zijn”.

Los Roques stond al op ons verlanglijstje en dat werd sterker na een enthousiast verhaal in de zeilen van oktober 2013.  Een recent artikel, dat wel, al bleek later dat het ging om een bezoek in 2011 en de situatie in Venezuela is de laatste jaren, zeker na het overlijden van Chavez, verder verslechterd……

Bij nadere bestudering blijkt vooral het vasteland van Venezuela inderdaad erg gevaarlijk te zijn en de kuststrook, met name bij het schiereiland Paria en Isla Margarita. Maar de eilanden Blanquilla en Los Roques liggen zo ver van de kust, dat ze voor het doorsnee geboefte in open bootjes te ver weg liggen. Het is hier gelukkig nog niet als in de golf van Aden.

En zo besloten wij onze hele planning in de Carieb af te stemmen op een bezoek aan Los Roques. Vanaf St Vincent alleen maar naar het zuiden tot Grenada en dan westwaarts. Eenmaal op Grenada, in Prickly Bay komt het ineens erg dichtbij. In Prickly Bay liggen tientallen schepen, een groot deel ervan vaart al jaren in de Carieb, allemaal hebben ze een (negatieve) mening over Venezuela, geen van allen zijn ze er geweest. We vragen al snel niet meer naar die mening en bereiden ons in stilte voor.  Via de noonsite komen we op het spoor van een plaatselijke agent in Los Roques, die alle formaliteiten had geregeld en hand- en spandiensten had verricht voor een schipper. Het ging weliswaar om een megajacht, maar hij zou ook met plezier kleinere jachtjes helpen. Het mailcontact verloopt zeer vlot. Alejandro regelt het in- en uitklaren en de benodigde vergunningen om in het natuurgebied te mogen verblijven, varen, ankeren en vissen. En ook het valutaprobleem lost hij op, normaal gesproken is het namelijk niet mogelijk aan Venezolaans geld (Bolivars) te komen. Creditcards worden er niet geaccepteerd en het zou toch leuk zijn in een lokale bar een biertje te drinken of een visje te eten.

Vol goede moed varen we weg uit Grenada. De avond ervoor aten en dronken we ten afscheid aan boord bij Renzo en Edith (Equinox), samen met de bemanning van Feeks, Makaio en Senang.

280 mijl voor de boeg, we denken daar minimaal 48 uur over te doen. We vertrekken ’s morgens, zodat we wat reserve hebben als het wat langzamer zou gaan. We moeten namelijk perse bij licht aankomen omdat we bij Los Roques door een niet betonde rifdoorgang moeten. Al varen we 70 mijl uit de kust van Venezuela, we vinden het toch spannend. We houden scherp uitkijk en discussiëren of we de AIS-zender en de navigatielichten wel of niet moeten voeren. We besluiten alles aan te laten. We komen de nacht goed door, maar we gaan veel te snel. Een stevige wind en tot 2 knopen stroom mee brengen ons uren voor op schema, waardoor we alsnog in het donker dreigen te arriveren. We maken daarom een tussenstop op eiland La Blanquilla, ook Venezuela, het ligt precies op de route. We gaan voor anker aan de westkant en het is er prachtig snorkelen. Er ligt nog een jacht, dat een paar uur later net als wij vertrekt, blijkbaar hebben ze hetzelfde plan. Maar onze planning blijkt dit keer niet zo briljant. De wind valt ’s nachts weg, er is nauwelijks meer stroming mee, de motor moet zelfs een paar uur bij om de volgende dag nog bij licht binnen te kunnen varen.

Los Roques beslaat een gebied van zo’n 27 bij 45 kilometer, beschut door riffen rondom en bezaaid met tientallen eilandjes en eilanden. Meer dan de helft van het gebied is niet in kaart gebracht en niet toegankelijk. Slechts één eiland is bewoond, El Gran Roque. Er is daar een klein vliegveldje en er zijn kleine P1050624pensions voor de toeristen die van het Venezolaanse vasteland komen. Een haven is er niet.  De bevolking bestaat uit vissers, pensionhouders en mannen met snelle motorbootjes. De gasten van de pensions worden overdag met die boten naar de omliggende eilandjes gebracht. Er is een kleine supermarkt en er zijn enkele kleine stalletjes voor de toeristen. Alle eilanden (behalve het hoofdeiland) zijn laag, de kleintjes vaak kaal, de grotere begroeid met mangrove of met wat palmen. Er zijn zoveel eilanden, met zoveel kilometers strand, dat je slechts hier en daar een parasol met wat mensen ziet. Later op de dag worden ze weer opgehaald door zo’n snel bootje. Voor zeilers is het een ongelooflijk mooi gebied. Achter heel veel eilanden zijn beschutte ankerplaatsen. Dat wil zeggen beschut voor de golven, die breken op de riffen, maar vaak wel open voor de wind. Het zeilen is heerlijk, lekkere wind en vlak water. Navigeren puur op zicht, “eyeball navigation” heet dat, zorgen dat je de riffen en andere ondieptes omzeilt, door goed te kijken naar de kleurverschillen in het water: donkerblauw is meestal diep water, lichtblauw is minder diep met zandgrond, een spoor van groen verraadt een rif. Goed licht is een voorwaarde, het liefst met de zon in de rug.

P1050638

We varen Los Roques binnen via de zuidelijke opening in het oostelijke rif. We hebben zoiets nog nooit gedaan en vinden het dus spannend. Bij La Blanquilla hadden we al gemerkt dat we niet kunnen vertrouwen op de elektronische kaart, de posities zijn een paar honderd meter verschoven. Lang is er nauwelijks iets te zien, pas op een paar mijl afstand zien we een streepje land met een vuurtorentje en vooral veel branding. Pas laat komt de opening in de branding (en dus in het rif) in zicht. Zoals de pilot belooft varen we recht op een volgend rif af en we maken een haakse bocht naar stuurboord om vervolgens tussen de twee parallel lopende riffen naar het noorden te zeilen. Het is een wereld van verschil. Dansten we eerst op een forse passaatdeining, IMG_4041ineens is het water volkomen vlak en zien we tientallen schakeringen blauw en turquoise om ons heen. We varen nog een paar mijl naar het noorden, snel lerend met eyeball navigeren en laten het anker vallen op een zandplaat tussen de riffen. De brekende golven op het rif dichtbij zorgen voor een constante forse achtergronddreun. We slapen heerlijk, de boot beweegt totaal niet, dat hebben we in maanden niet meegemaakt. De volgende ochtend vergapen we ons aan het onderwaterleven, honderden vissen in prachtige kleuren, volop levend koraal. En niemand om ons heen.

We varen door naar El Gran Roque en ankeren voor het stadje. De agent wordt door een bootje afgezet. Hij heeft onze inklaringspapieren al bij zich. Hij overhandigt ons een grote groene vlag, het bewijs dat we aan alle formaliteiten hebben voldaan. We moeten hem meteen hijsen en krijgen de toezegging dat we door die vlag niet lastig gevallen zullen worden door de autoriteiten.

P1050687

 

De ondersteuning door Alejandro is ongekend. Hij doet er alles aan om ons op ons gemak te stellen, P1050612belooft altijd bereikbaar te zijn voor hulp, regelt voor ons twee duiken de volgende dag met de plaatselijke duikschool, neemt 100 US$ in ontvangst om te wisselen in Bolivars (in principe een illegale handeling), geeft ons adviezen over ankerplaatsen en wijst ons enkele restaurantjes. Een uurtje later is hij terug met een dik pak Bolivars. Alles is al geregeld bij douane en immigratie, ik moet als captain wel even komen tekenen. Inmiddels is de bijboot te water, maar de motor weigert dienst. Verdorie, waarom juist nu? Alejandro vindt het allemaal geen probleem, hij laat ons ophalen en 15 minuten later heb ik de gestempelde paspoorten, zelfs een uitstempel met een datum over 2 weken, en de outward clearance voor de boot. Zo soepel verliep het nog nergens.

We gaan voor anker bij een naburig eiland, waar we de volgende ochtend met een boot van de duikschool worden opgehaald. Alle spullen staan al klaar. De eerste duik is aan de oceaankant van El Gran Roque. We leggen een grote afstand af, zien veel grote vissen, een schildpad, maar het is zeker niet onze mooiste duik tot nu toe. Ik heb het ook koud en heb problemen met m’n masker. De tweede duik gaat het gelukkig veel beter, we zien een gigantische murene, enorme inktvissen, prachtig koraal en grote hoeveelheden kleurrijke vissen.

P1050700

Het lukt me niet de BB-motor zelf goed aan de praat te krijgen. Alejandro regelt een man die er meer van weet, een echte monteur is er niet op het eiland, maar alles draait hier rond buitenboordmotoren en deze man zou er veel van binnen hebben gezien, zelfs een keer ook een Mercury, al was dat een veel grotere. Beide benadrukken ze overigens dat je Yamaha moet hebben en andere zie je hier ook haast niet. De man is een kleine twee uur bezig, al die tijd in de dansende bijboot. Wij praten ondertussen uitgebreid met Alejandro over de situatie in Venezuela, een land zo rijk aan grondstoffen maar slechts voor weinigen welvarend, over de politieke situatie en over zijn eigen toekomstplannen.  Uiteindelijk loopt het motortje weer als een zonnetje. Kosten 20US$, waarvan 8 voor Alejandro.

Nu we weer over vervoer beschikken varen we naar het eiland voor een lunch. Na wat zoeken vinden we tussen de vissershuisjes een klein terras aan het water. P1050695Pescado o Langosta? We kiezen voor vis. We krijgen een prachtige schotel met vis en salade, koffie met taart toe en rekenen in totaal 600 Bolivar (8€) af.  We overwegen om hier dan maar 2 weken te blijven, maar de rest van het gebied trekt teveel. De volgende dag beginnen we aan onze ontdekkingsreis langs de riffen naar al die andere eilanden. Eerst stoppen we nog even bij El Gran Roque. Het is al duidelijk dat we grote moeite zullen hebben om om onze resterende 3000 Bolivar uit te geven, we zullen nog maar één eiland met een restaurantje tegenkomen, dus we brengen een bezoek aan de supermarkt en slaan verse groenten, fruit en 48 blikken bier in. We kunnen het niet laten nog een keer terug te gaan naar ons lunchrestaurant, dit keer vallen we voor de kreeft en Monique mag hem uitzoeken.

Uiteraard zijn we niet het enige jacht op Los Roques. Voor El Gran Roque liggen er een paar voor anker voor het in- en uitklaren, en af en toe zien we ergens een bootje liggen. Op de ankerplaatsten liggen we eigenlijk steeds alleen. Wat een verschil met de windward eilanden, waar zich een grote cruisersgemeenschap bevindt en waar je vaak tussen tientallen jachten ligt. Oh, we hebben enorm genoten van de sociale contacten, de gemeenschappelijke uitstapjes, de happy hours, de etentjes over en weer. Maar het is nu ook heerlijk om in zo’n schaars bezeild gebied te zijn, weer een tijdje alleen met z’n tweeën.

We varen van eiland naar eiland, iedere plek is weer anders. We verkennen de riffen al snorkelend, meerdere keren per dag, de ene plek is nog mooier dan de andere. We kruisen de eilandengroep voor de wind af, heel relaxed op alleen een voorzeil. De afstanden zijn kort en je kunt het tijdstip van zeilen uitkiezen naargelang de plaats waar je de zon wilt hebben op dat traject. Geleidelijk komen we verder westwaarts, steeds verder van El Gran Roque en we zien daarom overdag ook steeds minder toeristen op de stranden.

IMG_3963We komen ook toe aan klussen die waren blijven liggen. Monique naait een mooie hoes voor over de drijvers van de bijboot, om die te beschermen tegen het allesvernietigende UV-licht. Het was een enorme klus, maar het resultaat mag er zijn, zie de foto’s. Ik probeer de watermaker aan de praat te houden, het opstarten gaat steeds moeilijker tot hij er helemaal mee ophoudt. Natuurlijk net nu we in een gebied zijn waar je hem echt goed kunt gebruiken, er is hier (behalve mogelijk op El Gran Roque) niet aan water te komen. Maar na een dagje analyseren is het probleem duidelijk en inmiddels functioneert ook die weer prima.

We voelen ons zo aardig in balans. De zon en de wind voelen heerlijk, de warmte verdragen we goed. De energievoorziening (zon en wind) is ruim voldoende, de motor draait alleen bij ankeren. Drinkwater (ook heerlijk om zoet mee af te douchen) hebben we steeds genoeg. We maken onze eigen yoghurt en bakken zelf brood, nog steeds met de zuurdesemmoeder van Bas. We hebben op Grenada een mixer gekocht om het deeg te kneden en sindsdien is het brood nog luchtiger, heerlijk! Vis is er hier in overvloed. We hebben nog steeds verse groenten en fruit. De boot maakt het goed, er zijn geen structurele problemen. Het onderwaterschip groeit niet echt aan, snorkelend vegen we het regelmatig schoon.

 

We hebben nog een weekje Venezuela voor de boeg, eerst nog de westelijke eilanden van Los Roques, dan de Aves (vogel-) eilanden, zo’n 60 mijl naar het westen. Daarna varen we naar Bonaire. We verheugen ons op de komst van familie en vrienden op Curaçao, vanaf half februari. Maar eerst de verjaardag van Monique, zondag 2 februari. Het zal een klein feestje zijn, maar we zullen er enorm van genieten!

Zin om veel foto’s te zien van dit prachtige gebied? Klik dan hier!