Uiteindelijk zijn we zes en een halve dag onderweg geweest van Gran Canaria naar de Kaap Verdische eilanden, 807 mijl op de teller. We hebben genoten van de reis en het ritme van de oceaan, van de prachtige sterrenhemel en de steeds grotere golven, van ons nieuwe 24 uurs record van maar liefst 155 mijl. De laatste twee dagen was de wind geleidelijk toegenomen en daarmee onze snelheid, waardoor we een nacht minder op zee doorbrachten. 27 mijl van de kust verwijderd zagen we voor het eerst land, altijd weer een bijzonder moment na lang op zee te hebben gezeten. Binnenvaren in de baai van Palmeira van het eiland Sal was in het pikkedonker best spannend. De zon was anderhalf uur ervoor onder gegaan, en de maan nog net niet boven de horizon uit. Er lagen wat onverlichte boeien en vele boten voor anker, al dan niet met ankerlicht aan. Maar goed, we vonden onze plek, maakten een fles bubbels soldaat om de goede aankomst te vieren en sliepen als rozen.

P1040635De dag erna vinden we een beter plekje in de baai, wordt de bijboot opgeblazen en gaan we op verkenning uit. Inklaren is natuurlijk het belangrijkste. Aankomst bij de kade met onze dinghy is al even schrikken, drie Afrikaanse jochies willen ons helpen, verkopers proberen ons iets te slijten, mensen spreken ons aan, willen dat we hun winkeltje ingaan, auto’s stoppen om een taxirit aan te bieden. We vinden onze weg naar de vuilcontainers, 1 klein zakje afval na onze oversteek! Overal liggen scheepswrakken en vuilnis op de grond. De straten zijn stoffig, en de mensen schamel gekleed. Poeh, we realiseren ons ineens echt in Afrika te zijn aangekomen, een kleine cultuurshock maken we die eerste dag wel mee. De politieofficier is er even niet, we nemen een taxi naar de airport, waar we -onwetend als we nog zijn- drie keer teveel voor betalen. Op de airport gaan er net twee vluchten vertrekken, waardoor we lang moeten wachten voordat we aan de beurt zijn om de benodigde inklaringsstempel in ons paspoort te krijgen. Maar het lukt! Daarna terug naar ons dorp waar de formaliteiten bij de politie snel worden afgehandeld, dat viel al met al wel mee. We hebben een internetdongel gekocht en gaan na ons eerste welkomsbiertje op de kade bootwaarts om schoon schip te maken.

Die avond drinken we een gezellige borrel met onze Zweedse buren, zeer ervaren zeevaarders die ons veel tips geven. De dag erna komen onze Belgische buren op de koffie, Andy en Kristel. Heerlijk om alle uitgelaten verhalen te horen.

Als we zijn bijgekomen van de eerste indrukken gaan we met een minibusje naar het buurdorp Espargos om boodschappen te doen. De twee supermarktjes hebben meer dan we hadden verwacht, er is zelfs Nederlandse Pindakaas te koop. Op straat kopen we wat fruit van mooie Afrikaanse P1040580vrouwen en dan per minibus voor 50 cent per persoon terug naar Palmeira. Daar is het een drukte van belang op de kade, de vissers zijn thuisgekomen! Er staan wel honderd vrolijk gekleurde mensen op de kade met grote bakken om vis in te vervoeren naar hun huis. Er wordt onderhandeld, gewacht, geduwd en zelfs gevochten, de politie moest in actie komen om twee krijsende viswijven uit elkaar te halen. Ik sluit aan in de achterhoede van de massa, vraag aan de vrouw voor me hoe ik aan vis kan komen. Ze vraag voor hoeveel geld ik vis wil; 2 euro. Ik geef m’n plastic zakje aan haar. Zij roept naar een vrouw in de voorhoede. Geeft haar m’n plastic zakje en de twee euro’s. Even wachten en ja hoor, na drie minuten komt het zakje gevuld met zes grote vissen weer bij mij terecht! 2 avonden hebben we er plezier van, vooral van het feit om op dezelfde manier aan ons eten te zijn gekomen als de mensen hier.

P1040599

We varen voor 1 nachtje naar een andere baai 5 mijl verderop, waar het mooi snorkelen zou zijn. Prachtig blauw water en goede ankergrond, maar helaas meer wind dan gedacht, dus veel deining en niet ideaal om te snorkelen. Maar wel perfect om onze tijd in het Caribisch gebied goed voor te bereiden. Ik lees 2 pilots door en na twee dagen puzzelen hebben we ons reisschema voor overzee rond. Aankomst op Barbados en dan 7 weken de tijd voor we weer vanaf Curaçao moeten vertrekken. Poeh, en dan te bedenken hoeveel prachtige eilanden we voorbij moeten varen. Maar ja, het orkaanseizoen bepaalt nou eenmaal ons reistempo.

De dag erna gaan we terug naar Palmeira waar Gaby van de Foxy Lady is aangekomen. Natuurlijk loopt dat weer uit op een gezellig etentje samen bij ons aan boord. Knap hoe hij als solozeiler dit toch allemaal doet. We beseffen daardoor weer extra hoe fijn we het vinden deze onderneming met z’n tweetjes te kunnen doen.

Natuurlijk moet er weer van alles worden geklust aan boord, we vervelen ons nooit. Het klussen wordt onderbroken door weer een borrel met de Belgische bemanning van de Moon, heel wat Belgen die zeilend onderweg zijn. Wat ontmoeten we toch veel aardige mensen!

Op 24 november varen we na 6 dagen weg van Sal, op naar het volgende eiland, Sao Nicolao. Hiervoor moeten we weer een nachtje doorvaren onder prachtige sterrenhemel en we zijn meteen weer helemaal in ons element. ’s Ochtends komen we bij dit prachtige eiland aan met z’n indrukwekkende bergen. De formaliteiten afhandelen is hier een eitje. Het dorpje Tarrafal ziet er wat frisser uit dan Palmeira en heeft heel wat kleine winkeltjes. We gaan er zelfs uit lunchen samen met de bemanning van de Iriko, tonijn staat op het menu. We blijven drie nachten in deze baai liggen, poetsen het onderwaterschip, ik repareer met naald en draad het onderlijk van de fok en ook ben ik begonnen met het maken van ons eerste fotoboek. Pieter deed ongetwijfeld ook nuttige dingen, maar die kan ik me niet meer herinneren. Als we voor vertrek de papieren bij de policia maritima ophalen, zien we bedrijvigheid in de haven, waar we twee prachtige vissen kopen, een garoupa met z’n oranje huid vol blauwe vlekjes, en een mooie bonito. Ook halen we nog wat groenten op een klein marktje; we voelen ons al wat meer thuis in de prijzen en het onderhandelen met de bevolking. Als je iets van ze koopt, vinden ze het geen probleem als we een foto van ze maken. Leuk.

P1040717

 

P1040723

P1040714

Op 28 november varen we op de motor naar Santa Luzia, helaas is er totaal geen wind. Maar bij het zien van de prachtige woeste rotsen is dat leed snel vergeten. We ankeren op een prachtige plek en genieten van het intense uitzicht. Helaas wel een enorme deining die nacht, waardoor het er niet lekker sliep. De volgende dag op weg naar Mindelo, de stad op Sao Vicente waar al vele andere bekenden van ons lagen te wachten op goede wind. Het lukt om nog een aantal uur te zeilen, de helft van de tocht moet de motor het werk weer doen. Maar dan varen ook wij eindelijk de baai van Mindelo in, de stad waar we al veel over hebben gelezen, de plek vanwaar uit menigeen begint met De Grote Oversteek. 1 nachtje liggen we er in de onrustige haven, waar alle boten liggen te dansen op de deining. Maar het is makkelijk om vanuit de haven de kant op te gaan, de formaliteiten te regelen, om water te tappen en het schip eens helemaal af te spoelen, weg met al die zoutkristallen. We trakteren ons die avond op een heerlijk etentje bij de lokale Indiër en moeten natuurlijk meteen aan Lowestoft denken!

Mindelo is een echt stadje, met hele arme wijken en wat frisser uitziende buurten. Overal zie je zwerfhonden en katten op straat, vele mensen proberen hun wasteil vol etenswaar te verkopen, veel mensen lopen is vieze kleding, maar we zien ook prachtig geklede trotse Afrikaanse vrouwen. Hier zijn meerdere markten waar de zeilers hun laatste inkopen halen. Je kunt hier geelvintonijn kopen voor 5 euro per kilo, rechtstreeks uit zee aangeleverd. Gisteren anderhalve kilo gekocht en met vijf zeilers van gegeten, goddelijk! Er zijn wel 7 supermarktjes, allemaal met wisselend assortiment aan spullen. Blij als een kind ben ik als ik m’n favoriete Zaanse mayonaise zie staan, de potten die ik niet aan Karin durfde te vragen om mee te nemen…… Nu liggen er dus twee onder de vloer van ons schip :)

Inmiddels liggen we weer lekker voor anker, vlakbij drie bevriende Nederlandse schepen. We komen de tijd door met klussen en onderlinge gezelligheid, samen eten en drinken. Iedereen houdt nauwlettend de weersberichten in de gaten. De afgelopen twee weken is er nauwelijks wind geweest op de oceaan, door twee hoge drukgebieden vlak bij elkaar zelfs wind uit de verkeerde richting. We zijn niet jaloers op de zeilers die eerder zijn vertrokken, die al weken midden op die klotsende oceaan drijven bij weinig wind en golven uit alle richtingen. Maar de vooruitzichten zijn goed. We verwachten dat over een dag of drie de passaatwinden eindelijk gaan waaien en dat we dan met stabiel weer onder zeil op weg kunnen gaan naar Barbados. Op naar het Caribisch gebied, we hebben er zin in!

 

Zie deze link voor de foto’s van de overtocht en de Kaap Verden