Op dinsdag 6 mei varen we in alle vroegte weg uit de rollerige baai van Puerto Ayora, met 43 mijl te gaan naar het volgende en laatste eiland Isabella. We zijn nog geen tien minuten onderweg als de vislijn begint te ratelen. Snel minderen we vaart en halen we de lijn binnen. De vis die eraan zit vecht niet eens zo hard en binnen drie minuten hijsen we hem aan boord, een prachtige Spaanse makreel van 3,8 kgr, wauw, zo’n grote vis hebben we nog niet eerder gevangen. Hij smaakt voortreffelijk en we eten er vier dagen royale porties van. We hebben een prachtige tocht die dag en ankeren rond vijf uur in de redelijk beschutte baai van puerto Villamil aan de zuidoost-kant van het grote eiland Isabella.
De volgende ochtend gaan we met de dinghy naar de wal om daar onze agent te ontmoeten. Onderweg zie ik ineens een natte vogel naast de bijboot opduiken. Hè? Een natte vogel? En ineens zie ik het…. het is een pinguïn!!
Grappig om ons te realiseren hoe achteloos we over de zeeleeuwen heenstappen die op de kade liggen en we vervolgens behendig de zee-leguanen ontwijken die op het paadje erna liggen te zonnen. De natuur is hier zo dichtbij.
De agent regelt verder de formaliteiten voor ons en wij wandelen samen met de sympathieke crew van Heart and Soul door het dorp. De wegen zijn onverhard, de sfeer enorm vriendelijk en gastvrij. Natuurlijk eten we weer een inmiddels befaamde lunch buiten de deur en boeken een tocht naar Sierra Negra, de een na grootste vulkaankrater van de wereld met een doorsnede van 10 km.
We moeten hier wel vroeg voor opstaan maar hebben vervolgens een prachtige dag. Eerst rijden we 45 minuten in een open bus naar de voet van de vulkaan. Dan wandelen we dwars door weelderige natuur over smalle modderige paadjes tot we aan de rand van de krater staan. De lichte drizzle en mistflarden maken het uitzicht extra spectaculair. Terwijl we verder lopen klaart de hemel op en laat de zon zich zien. Hierdoor komen de kleuren in het lavalandschap wat we betreden helemaal tot leven. Overal zien we steentjes glinsteren door de erin aanwezige mineralen. In het uitgestrekte landschap groeien alleen wat cactussen. Verder zijn er spleten, kloven, geulen, kraters en kleine bergen te zien en dit geheel in alle mogelijke tinten bruin, zwart, rood en geel. Echt indrukwekkend mooi! Na terugkomst zijn we moe maar voldaan.
Terwijl we in de bijboot terug naar ons schip varen, zegt Pieter ineens: kijk daar eens…. De Escape Velocity zónder mast! Deze ontzettend lieve Amerikanen, inmiddels bevriende zeilers, waren een week geleden vertrokken richting Markiezen. Drie dagen na vertrek brak plotseling een stag en binnen een paar seconden viel de mast om, die even later compleet met giek en zeilen in de diepte van de oceaan verdween. Vier dagen lang zijn ze terug komen motoren, tegen wind, golven en stroming in. Die ochtend waren ze met nog zo’n 30 liter diesel aan boord de haven komen binnenvaren. Wat waren ze blij toen ze onze bekende gezichten zagen. Wij konden wel janken toen we begrepen wat deze lieve mensen was overkomen. Die avond dus borrelen op onze kosten aan de wal, even de verhalen aanhoren en het leed met ze delen. Poeh, zo’n gebeurtenis die vrienden van ons overkomt, maakt ons weer even extra nederig. Het zal je maar overkomen, daar ver weg midden op de oceaan.
Deze week is er hier enorm veel regen gevallen. Ook hier is het klimaat van slag. Het regenseizoen zou nu ongeveer over moeten zijn, terwijl het in de afgelopen maanden nauwelijks heeft geregend. Deze week lijkt de natuur zijn inhaalslag te willen maken, voor het te laat is. In de nacht van woensdag op donderdag regende het zo veel en zo hard, dat er meer dan 10 cm water in onze bijboot stond, waarin onze slippers ronddreven. Toen we na het leegpompen ervan de haven binnenvoeren, zagen we dat er een bootje bijna was gezonken, tien mannen waren bezig met hozen en in de weer met pompen.
Vrijdag weer ontwaken met dikke regen, gezellig en knus binnenboord, perfect weer om weer eens een paar verhandelingen te schrijven, over het maken van yoghurt en brood aan boord (zie verhandelingen). ’s Middags gaan we naar de kant voor wat internet voor het eerst sinds een week, voor het ophalen van de schone was en het drinken van wat biertjes en eten van pizza’s samen met de crew van de Escape Velocity. Sweet memories. We hadden gehoopt deze mensen nog vaak tegen te komen in de Pacific, maar zij gaan nu helaas de andere kant op, waarschijnlijk terug naar Panama of Costa Rica, om daar een nieuwe mast en bijbehorend tuig te gaan bestellen. Hun reisplan zal een jaar vertraging op gaan lopen.
Zaterdag worden we bij onze boot opgepikt voor een tour naar Las Tuneles. We scheuren drie kwartier op volle kracht over de hobbelige zee met een klein bootje waarin 12 man zitten. Twee motoren van elk 150 Pk krijgen dat met gemak voor elkaar. We snorkelen vervolgens op twee locaties. De snorkelgids wijst ons een groep van vier grote whitetip-sharks aan, ze zwemmen op nog geen twee meter langs ons heen. We zien pinguïns van heel dichtbij, we fotograferen twee enorm grote zeeschildpadden die zich niets aantrekken van de groep snorkelaars die vlakbij rondzwemmen. Later zien we ons eerste zeepaardje in de vrije natuur, wat bijzonder! Er zitten wel 20 pinguïns op de rotsen waar we vlak langsvaren. De lavatunnels zijn echt prachtig, we voelen ons daar zo dichtbij de natuur. Er zwemmen zeeschildpadden door het kristalheldere water, er staan bluefooted boobies vlakbij hun paringsdans op te voeren, terwijl een zeeleeuw poseert voor de fotografen. Wat zijn de Galapagos eilanden toch een unieke plek op deze wereld en wat fantastisch dat we dit van zo dichtbij hebben mogen meemaken.
Zondag-klusdag, de boot wordt klaargemaakt voor de grote oversteek. Voor het eerst deze week is het een prachtige zonovergoten dag, en we kunnen de boot goed luchten. Alle kussens en tassen worden aan dek te drogen gelegd. De vochtigheidsgraad is vandaag maar 56 %, de laatste dagen zat die tegen de 80% aan. Geen wonder dat we zoveel schimmel aan boord hebben, ondanks mijn dagelijkse inspanningen om de aangroei ervan te beperken. We ronden de werkdag af met de laatste buikspieroefeningen van het schema, ik had nooit durven denken dat ik 2 minuten een plank kon volhouden, alleen steunend op onderarmen en tenen . En dan heb ik het niet eens over de 125 sit-ups zonder pauze. Daarna varen we naar de buurboot, de grootste van de baai, waar we samen met vier andere koppels, allemaal Canadezen en Amerikanen, een gezellige aangeklede borrel hebben, ieder nam wat te eten en te drinken mee. Leuk hoor, om zoveel andere gelijkgezinden te ontmoeten.
Maandagochtend stappen we met z’n achten in een pick-up die ons naar een lokale farm brengt ergens in de highlands van het eiland. De farmer loopt ruim twee uur met ons rond over zijn enorm grote landgoed en snijdt af wat we willen, oogst fruit uit de bomen, kapt een bananenboom om, zodat we bij de tros kunnen, graaft gember en yuka wortels uit, wat een feest om mee te maken. Beladen met twee grote tassen vol groenten en fruit keren we huiswaarts. We hebben 3 kilo groene tomaten geoogst en een tas vol grapefruits, sinaasappelen, mandarijnen en limoenen. We hebben drie ananassen, een grote papaya, een meloen, een tros groene bananen, twee bakbananen en een tros van die heerlijke kleine banaantjes. We hebben guaves, passievruchten, paprika’s, pepertjes, yuka en aubergines. We hebben verse munt, basilicum, selderij, citroengras, gember en bosuitjes. Ongelooflijk, en dat allemaal voor 28 dollar en een mooie ervaring rijker. Van al dit lekkers gaan we de komende maand op zee enorm van genieten.
Wat gaan we deze ongelooflijk bijzondere eilandengroep missen en wat zijn we blij dat we dit avontuur op de Galapagos hebben mogen meemaken. Onvergetelijk en een aanrader voor iedereen die van natuur houdt.
Dinsdag dertien mei varen we uit, op weg naar Frans Polynesië met als doel het eerste eiland van de Markiezen, Fatu Hiva. Op naar een andere fase.