Vanaf Hokitika rijden we langs de westkust naar het zuiden. Er ligt in dit gebied een lange bergketen dichtbij en parallel aan de westkust, de Southern Alps. De kleine strook tussen de kustlijn en de bergen bestaat uit dicht regenwoud. Er valt hier enorm veel regen, tussen de 4 en 12 meter per jaar. Ter vergelijking, in Nederland is dat minder dan een meter per jaar. Langs de steile hellingen zijn er honderden watervallen, waarvan er vele via een kortere of langere wandeling te bezoeken zijn.  De hellingen zijn grotendeels begroeid met bomen, die slechts heel oppervlakkig wortelen in een laag van mos en aarde. Er komen daardoor vaak boomlawines voor en de littekens daarvan zijn overal zichtbaar in het landschap.

P1040503Het is minder dan een half uur rijden van onze camping aan de kust naar het plaatsje Franz Josef. Een wandeling van nog eens een half uur brengt ons langs een tiental watervallen tot aan de voet van de gelijknamige gletsjer. Het is alsof je in een uurtje van Scheveningen naar een hut in de Alpen rijdt, een heel bijzondere ervaring. We treffen gelukkig een droge en zelfs redelijk zonnige dag. Het is hier erg populair om je per helikopter op de gletsjer af te laten zetten of rondvluchten boven de alpen te maken. Tientallen helikopters vliegen af en aan. Voor het eerst in lange tijd zien we weer drommen toeristen en we gaan daarom maar weer snel verder. We rijden de Haastpas door de Alpen en stoppen onderweg 5 keer voor een wandeling naar een waterval of langs een meer. In Wanaka, aan de droge oostkant van de Southern Alps, verrast de camping ons met een heuse sauna en whirlpool.

 

P1040609

De volgende dag leggen we een flinke afstand af naar het zuidwesten, over een van de mooiste routes P1040696van Nieuw Zeeland. Het doel is Fjordland, een enorm gebied van bergen en fjorden, dat het hele zuidwesten van het zuideiland beslaat. Het hele gebied heeft een World Heritage status.

Als we aankomen in Te Anau regent het. De tent blijft in de auto en we boeken een cabin, mede omdat we de volgende dag vroeg op pad willen. ‘s Avonds knus in de bios, de film Unbroken maakt absoluut indruk.

De volgende dag willen we naar Milford Sound, het fjord der fjorden. De Maori legende vertelt dat een van de goden alle fjorden met een schep heeft uitgegraven van zuid naar noord. Al doende werd hij er steeds beter in en als laatste groef hij Milford Sound uit, de mooiste van allemaal. Maar het was er zo mooi dat de god bang was dat de mensen het gebied zouden gaan bewonen en verpesten. Daarom stuurde hij de zandvliegen naar de sounds. Dat zijn vliegjes van hooguit een millimeter groot, waarvan de vrouwtjes voor enorm P1040655jeukende beten zorgen. Ik ben er veel gevoeliger voor dan Monique en ik had me al aangewend om me volledig in te pakken om de beten van die krengen te voorkomen. Zodra je de auto uitstapt komen ze met tientallen tegelijk op je af, vooral gericht op enkels, onderbenen en polsen. Maar dat terzijde.

De weg naar de Milford Sound is op zich al adembenemend. We hebben geluk omdat het de dag tevoren slecht weer was, koud en regen, dus boven de 800 meter sneeuw! Alle toppen en bergwanden zijn wit boven de boomgrens (die hier ook op 800 meter ligt, in De Europese Alpen is dat pas op 2000 meter!). We maken een prachtige wandeling voor we het laatste stuk naar de Sound rijden. We hebben de wandeling ook nu weer uitgekozen uit ons boek met de mooiste 100 dagwandelingen in Nieuw Zeeland. Daarmee lukt P1040717het ons steeds een goede keus te maken uit de tientallen uitgezette wandelingen die er overal zijn. Ook deze brengt ons weer prachtige vergezichten en enkele mooie watervallen.

Aangekomen bij de Milford Sound krijgen we voor het eerst een tegenvaller te verwerken, de camping daar blijkt volgeboekt. We gooien ons plan om en maken nog dezelfde namiddag een boottocht van ruim 2 uur over de sound. Een beetje jammer omdat we weten dat het weer de volgende ochtend nog iets mooier zou zijn, maar ook nu mogen we niet klagen, het is droog wat hier op zich al een uitzondering is en de zon laat zich regelmatig zien. De bergen rijzen P1040752stijl uit het fjord omhoog, begroeid met regenwoud en de toppen om ons heen zijn besneeuwd. Overal zijn er watervallen en de boot vaart er soms zelfs onderdoor. Mitre Peak (de berg lijkt op een mijter) is het meest fotogeniek. Het avondzonlicht tovert bijzondere regenbogen langs de wanden. We rijden dezelfde weg terug richting Te Anau en kamperen ergens onderweg op een eenvoudige camping. Dat betekent alleen een toilet en een waterkraan, geen douches, keukens etc. En koud dat het er was! Muts op en handschoenen aan voor de tent en met kleding aan in bed. Terug in Te Anau spelen we op de prachtige plaatselijke golfbaan met uitzicht op het meer en de besneeuwde toppen in de verte. En dat in korte broek en polo!

P1040873 P1040912

Via de Southern Scenic Route rijden we naar het zuiden van het zuideiland, op zoek naar albatrossen en pinguïns. Het is prachtig weer. Het regenwoud maakt plaats voor eindeloze heuvels met weiden, met daarop enorm veel schapen. Op de ene heuvel zitten ze nog dik in de wol, op de andere heuvel zijn ze allemaal geschoren. Stadjes zijn er nauwelijks, af en toe een groepje huizen langs de weg. Pas aan de zuidkust is er weer meer bewoning. In Invercargill bezoeken we het uitgestrekte Queenspark met o.a. een mooie rozentuin en een deel waar inheemse vogels in

P1050081enorme volières te zien zijn. In het bezoekerscentrum ontmoeten we Henry, een 115 jaar oude tuatara (een bijna uitgestorven reptiel), die pas na zijn 80ste goed op gang gekomen is met het produceren van nageslacht en zo een belangrijke bijdrage heeft geleverd aan het in stand houden van zijn soort. Zijn nakomelingen zijn weer op vele plaatsen uitgezet.

Het is een groot probleem in Nieuw Zeeland: de inheemse dieren hebben voor de komst van de mens nauwelijks natuurlijke vijanden gehad. Veel vogels verloren het vermogen om te vliegen en reptielen hoefden hun eieren nauwelijks te beschermen. Zoogdieren waren er in het geheel niet, op een enkele vleermuissoort na. De Maori’s brachten zo’n 700 jaar geleden ratten en katachtigen mee en de Europeanen 500 jaar later niet alleen koeien en schapen, maar ook possums, fretten en andere roofdieren. De loopvogels en eieren van allerlei dieren zijn letterlijk “gefundenes fressen” voor die nieuwkomers, waardoor een aantal soorten al is uitgestorven en vele daarmee bedreigd worden. De overheid doet er heel veel aan om de roofdieren terug te dringen en de inheemse soorten te beschermen. Daarbij worden grove middelen ingezet zoals gif, wat ook weer tot protesten leidt.

P1050056De zuidkust is over het algemeen veel minder indrukwekkend dan de westkust, op een klein gedeelte na, de Catlins. We bezoeken daar een 200 meter lange grot aan de kust (Cathedral Caves), alleen bij laag water te bezoeken. Achter in de grot zien we bij het licht van de zaklamp nog 2 blauwe pinguïns verscholen zitten op hun nest, in spleten in de rotswand. Deze tunnelgrot is over zijn hele lengte ontstaan door het beuken van de golven, eeuw in eeuw uit. Vlakbij is aan het eind van een vergelijkbare tunnel het dak ervan ingestort, waardoor er landinwaarts een 50 meter diep gat in de grond is ontstaan waar de golven soms in omhoog spuiten. Een mooie wandeling brengt ons erheen, het heet “Jack’s blowhole”.

Langs de kust zien we Nieuw-Zeelandse zeeleeuwen, enorme beesten die nauwelijks opkijken als we er vlak langs lopen.

P1050179

We bezoeken Dunedin, een levendige universiteitsstad. Deze plaats werd welvarend toen 150 jaar geleden goud in de regio gevonden werd. Het is qua grootte de zevende stad van Nieuw Zeeland en waarschijnlijk de charmantste. Het heeft veel Schotse invloeden en de naam ervan is gebaseerd op de

P1050384Gaelic naam voor Edinburgh. Veel van de oudere gebouwen zijn bewaard gebleven, oa het mooie treinstation. Bij Dunedin steekt een 30 km lang schiereiland de Zuidelijke Oceaan in, het Otago Peninsula. De punt van het schiereiland herbergt een broedplaats van albatrossen, en het is de enige plek ter wereld waar ze op het “vaste land” broeden. Dat willen we zien natuurlijk. Ze broeden daar overigens nog maar sinds 1938. We rijden naar het “albatroscentrum” aan de punt van het schiereiland en hopen stiekem dat we de vliegende albatrossen wel vanaf de parkeerplaats P1050274kunnen zien. De toegang tot het centrum is namelijk nogal duur. Maar behalve veel vliegende meeuwen zien we niets. Na lang wikken en wegen tasten we toch maar in de buidel en we worden volop beloond. We zien 5 albatrossen op hun nest zitten en bij 2 kunnen we het kuiken zien. En ja hoor, er komen steeds meer vliegende albatrossen in beeld, wat een indrukwekkend gezicht met hun ranke vleugels en een spanwijdte van 3 meter. We horen over hun indrukwekkende levensloop en keren na twee uur voldaan naar het parkeerterrein terug, waar overigens inmiddels wel een paar vliegende albatrossen te zien zijn. Maar we hadden het bezoek aan het centrum niet willen missen.

P1050344

Op het schiereiland zijn ook 2 soorten pinguïns te zien, blauwe kleine (die we al in de  tunnel in de Catlins zagen), en veel grotere geel-oog pinguïns, de zeldzaamste ter wereld. Ze verblijven de hele dag op zee en komen als het donker wordt aan land. We zetten eerst de tent op en na het eten gaan we richting de kust. Na een steile afdaling zitten we rond 8 uur op de uitkijk. Enigszins tot onze verbazing zien we 3 pinguïns op de kant zitten. Zouden die ‘s morgens niet meegegaan zijn naar zee? De avond valt, we drinken een thermoskan koffie, maar als we om 10 uur nog geen enkele pinguïn uit het water hebben zien komen besluiten we maar weer te vertrekken. Het is inmiddels pikkedonker en met de zaklamp vinden we de weg naar de parkeerplaats terug. Gek, in het albatroscentrum hadden ze toch gezegd dat de pinguïns meestal rond 9 uur uit het water komen. Alleen hadden zij het over de blauwe.

Een beetje teleurgesteld over de pinguïns, maar nog vol van het zien van de albatrossen rijden we de volgende dag verder oostwaarts langs de kust. Ons doel: het visrestaurant Fleurs Place, dat ergens in een minuscuul plaatsje (Moeraki) aan de kust moet liggen. Het was ons door verschillende Nieuw-Zeelanders aangeraden. Verder zijn er in de buurt bijzondere keien op het strand te zien (de Moeraki Boulders) en er is een herkansing op de geel-oog pinguïns. Voor de zekerheid bellen we even naar het restaurant. Tot onze schrik zitten ze ‘s avonds helemaal vol en dat op een wonesdag! We zijn welkom voor de lunch, of tussen 5 en 7 en we kiezen voor het laatste.

Op de eenvoudige maar gezellige plaatselijke camping zetten we de tent op. We horen daar dat de pinguïns het best bij de vuurtoren te zien zijn, al tussen 5 en 7 steken ze het strand over. Hè, dat komt nou net onhandig uit. We bezoeken eerst de boulders op het strand, vrijwel ronde keien met een diameter van een tot twee meter. Ze zijn ontstaan door geleidelijke afzetting van calciet rond een fossiele kern, in de loop van miljoenen jaren. Door erosie van de kustlijn zijn ze geleidelijk aan de oppervlakte gekomen. Het is een bizar gezicht en ze trekken vele belangstellenden.

P1050399

P1050404 P1050429

Om half vijf zitten we paraat in de observatiepost onder de vuurtoren. We hebben geluk, we zien twee  forse geel-oog P1050446pinguïns uit het water op de rotsen krabbelen en zich parmantig een weg P1050483banen naar de duinen. Gaaf! Er komen er vast nog meer, maar we moeten naar Fleurs. Het restaurantje ligt prachtig op een punt in een baai, aan drie kanten door water omgeven. Het is helemaal uit hout opgetrokken. Fleur, de eigenaresse, heeft restaurants in heel Nieuw Zeeland gehad en heeft zich nu al weer 13 jaar geleden op haar droomplekje gevestigd. De vis is dagvers en we eten verrukkelijk. We delen een voorgerecht van Jacobsschelpen (met spek, champignons en pernod-saus) en omdat we niet kunnen kiezen nemen we de visschotel voor 2, met 5 verschillende vissen, als hoofdgerecht. De lokale (Central Otago) houtgerijpte chardonnay past er prima bij. Oh,…….poor sailors!

P1050526We hebben nu de hele westkust en zuidkust gehad en we weten dat de zuidoostkust minder interessant is. Dat komt goed uit, want over 2 dagen, op 13 februari willen we bij Queenstown zijn, in het binnenland van de Otago, voor een cursus paragliding. De rit is zo’n 300 kilometer. In NZ mag je buiten de bebouwde kom overal 100 rijden, al zou dat op veel plaatsen uiterst onverstandig zijn (zie foto). De doorgaande wegen zijn altijd tweebaans, ze worden zeer goed onderhouden en vaak staat er bij de bochten een aanbevolen snelheid aangegeven. Verkeer is er nauwelijks en dat is eigenlijk niet verwonderlijk. Het hele zuideiland is 5 keer zo groot als Nederland en er wonen slechts 1 miljoen mensen. En het wegen netwerk is zeer uitgebreid. Secundaire wegen zijn overigens bijna altijd van gravel.

Onderweg door Otago zien we de groene kuststrook snel plaatsmaken voor dor grasland. Het is een heuvelachtig en zeer P1050507droog gebied. We zijn nieuwsgierig naar de wijngaarden van de Central Otago, maar de eerste uren zien we alleen maar schapen. Pas als de bergen weer hoger worden komt het groen weer terug in de valleien ertussen en we zien de eerste wijngaarden komen. We lunchen bij een wijnboer en horen dat er zelfs daar maar 300 mm regen per jaar valt. Maar door het water uit stuwmeren kunnen ze voldoende irrigeren. Central Otago is vooral bekend om zijn krachtige pinot noir wijnen en het is heerlijk om daar een paar bodempjes van te proeven. Verkoopprijs 30 tot 60 Euro per fles, dus die laten we mooi liggen. De eigenaresse vertelt o.a. dat ze de eiken vaten (van 220 liter) in Frankrijk laten maken. Ze kosten €1100 per stuk en gaan maar 3 jaar mee. Daarna gebruikt ze het hout van de vaten om er de zalm mee te roken.

We rijden door naar Arrowtown, een mooi bewaard goudzoekersstadje bij Queenstown, en komen langs de brug waar door de heer Hackett het commerciële bungeejumpen is bedacht. Het kan er nog steeds en het is een enorme business. Leuk om er even naar te kijken. We installeren ons op de plaatselijke camping, waar we nu eens wat langer denken te verblijven vanwege onze vliegcursus die morgen, vrijdag de 13e(!) zou moeten beginnen. We maken alvast kennis met de instructrice en zij zegt dat het weer morgen niet goed is om te beginnen omdat er regen verwacht wordt. Als wij de volgende ochtend bellen (zoals afgesproken) omdat het droog is en de zon schijnt gaat het alsnog niet door, volgens haar gaat het te hard waaien. Maar wij denken er het onze van, ze is waarschijnlijk bijgeloviger dan wij….

P1050021

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

Hieronder een foto van Pieter die dit uitgebreide verhaal zit te schrijven op de i-pad bij onze tent. Lief, bedankt!!

P1050522