Gisterenavond (2 juni) kwamen we aan in onze eerste Zweedse haven en bij binnenvaren bleek dat niet alleen de Blacq-out er lag, maar ook het schip van Anne en Pauline, wat leuk. De havenmeester begroette ons in vloeiend Engels, voorzag ons van folders en nee, met euro’s betalen was geen probleem. Nog geen uur later ging de eerste fles bubbels open, aankomst in Zweden moest even gevierd worden samen met de buren.

Avondwandeling maakte meteen indruk; overal bloemen, hagen van seringen, we lopen tot aan ons middel in het fluitenkruid. Talloze vogelgeluiden. En houten huizen met zoveel ruimte eromheen. Het prachtige avondlicht maakt alles compleet. Om twaalf uur ’s nachts is het hier nog steeds niet helemaal donker en om half drie kondigt het daglicht zich weer aan, heerlijk, van die lange dagen.

Sinds ons laatste verhaal uit Rønne is er weer veel moois gebeurd. En alles bij alleen maar mooi weer. We zitten midden in een hoge drukgebied, de barometer stond nog nooit zo hoog bij ons aan boord, 1035 mbar. Eerst zijn we tien mijl naar het noordoosten gevaren, naar Hammerhavn, en klein maar prachtig haventje aan de voet van een ruïne. Vandaar uit een wandeling langs de hele noordpunt van Bornholm gemaakt, mooie vergezichten over zee, maar ook een blik op het ruige binnenland met zijn loodsteile granieten wanden en binnenmeren. Qua natuur is het een waar paradijs hier. Een legende vertelt dat toen God met de schepping van Scandinavië klaar was, hij nog een beetje van het allerbeste overhad en dat hij dat midden in de Oostzee gooide; Bornholm!

In het haventje lag het schip van Anne en Pauline uit Amsterdam, bij wie we werden uitgenodigd voor een borrel aan boord. Al jaren achtereen nemen zij mei tot en met augustus vrij en zijn dan met hun boot onderweg. De Oostzee is meestal het doel.

De dag erna varen we naar Christiansø, een ieniemienie eilandje 17 mijl naar het oosten, nog volkomen puur. In de haven treffen we de eerste St.Petersburg-gangers, herkenbaar aan het vlaggetje wat speciaal voor deze tocht gemaakt is, en wat ook bij ons in het bakboordwant wappert. Het blijken Paul en Tjet te zijn. Paul is de voorzitter van het organiserend comité van deze reis. Natuurlijk even een borrel drinken samen.

Op donderdag 2 mei, Hemelvaart, varen we naar het noorden, op weg naar Zweden. Bij het ronden van Christiansø worden we verrast door een groep zeerobben die op een rots liggen te zonnen. Het blijft indrukwekkend, de natuur van zo dichtbij mee te mogen maken. Er volgt een geweldige zeildag. Aanvankelijk weinig wind, later iets meer, maar de perfecte koers voor de gennaker. Met 5, 6 of 7 knopen snijden we door het prachtig heldere water, met de zon op ons lijf, genieten! Tja, nog steeds dat ene minpuntje; weer geen vis gevangen!

Inmiddels is het alweer maandag 6 juni, de Nationale Feestdag in Zweden, iedereen in vrij en de winkels zijn gesloten. Wij liggen in de binnenhaven van Visby, het hoofdstadje van het Zweedse eiland Gotland, waar we eindelijk weer eens internet-toegang hebben.

Dus snel de kans gegrepen om de site te voorzien van update en er wat nieuwe foto’s op te zetten. Kijk maar in het menu in de map foto’s.

Wat is er de afgelopen dagen nog gebeurd? We zijn vrijdag 3 juni vertrokken uit onze eerste Zweedse haven, de wind maakte dat we toch voor de oostzijde van Öland kozen. Het haventje dat we uitgekozen hadden, bleek ondieper dan voorspeld, superspannend. Naarmate we de ingang naderden werd de stand van de dieptemeter onheilspellender. 2 meter, 1,9 meter, 1,7 meter en ja hoor, precies tussen de twee betonnen havenhoofden in lagen we vast. Met een dwarswindje, pffff, zo blij dat het geen rotsbodem was, alleen maar modder, en dat we na wat heen en weer gedraai weer los kwamen. Dus dan maar de volgende haven, die volgens onze voorgangers –die we per marifoon opriepen- net toegankelijk was. Inderdaad, 1,7 meter diep, met net nog wat weerstand onder de kiel voelbaar, maar daar lagen we, met twee zeilschepen in een klein haventje en verder niets. Uurtje rondgefietst, en ja, ook Öland is bloemrijk.

Dag erna zijn we overgestoken naar het zuidpuntje van Gotland. Een heerlijke zeildag, net iets meer wind dan gedacht. Gennaker opgezet en we gingen als een speer, met de zon de hele dag in de kuip. Prachtig helder water, wil je nog meer?

De Blacq-out kwam ook naar die haven, uiteindelijk lagen we er met drie boten. We hadden zin in wat beweging en Pieter had gelezen dat de route naar de zuidpunt de mooiste weg van heel het eiland was. Hij dacht dat het 10 km was, maar foutje, het waren 10 zeemijl, dus al met al was die tocht heen en terug meer dan 40 km! En dat op die kleine trouwe bromptons van ons. Al met al iets te pittig, zeker omdat het snel kouder werd en we er niet op gekleed waren, maar inderdaad, de route was prachtig mooi. Overal bloemen, seringen, gouden regen. En het mooiste, waar Gotland ook bekend om staat, waren de kilometerlange natuurstenen-gestapelde muurtjes. Heuvel landschap, met af en toe een huis in Pippi Langkous sfeer. We hadden gelezen dat die hele serie op dit eiland gefilmd is. En inmiddels hebben we langs de kust Villa Kakelbont op afstand ook echt gezien.

Gisteren 40 zeemijl naar het noorden afgelegd, weer bij zonnig weer, ditmaal echter bij niet ideale wind, waardoor het soms hakken tegen de golven was. Maar aankomst in Visby maakte veel goed. Met stenen gebouwen uit de Hanzetijd, de ruïnes van kerken, de kronkelige klinkerstraatjes en de muur rondom de hele stad is het niet moeilijk je eeuwen terug te verplaatsen. Door de vrijwel intakt gebleven stadsmuur met zijn vele torens, is dit stadje op de Werelderfgoedlijst van Unesco gekomen. Helemaal terecht, wat ons betreft.

Morgen varen we naar het noorden, naar Fårösund, vanwaar we de oversteek richting Letland gaan maken. De windverwachting is oostelijk, niet gunstig voor ons. Maar we zullen er vast gaan komen.